
Foto van Paul van Ostaijen. Na zijn terugkeer uit Berlijn moet Van Ostaijen zijn dienstplicht inhalen. Hij wordt gestationeerd net over de grens in Duitsland.


Foto van het huis (Albertstraat 44, Antwerpen) waar Paul van Ostaijen verblijft na zijn terugkeer uit Berlijn in 1921. Op de eerste verdieping opent hij een tijdje een kunsthandel.


Foto van Villa 'Le Vallon' in Miavoye-Anthée, het sanatorium (herstellingsoord, waar mensen langere tijd verblijven om te herstellen van een aandoening) waar Van Ostaijen aan het einde van zijn leven verbleef.


Fragmenten uit een brief van Van Ostaijen aan Emma Clément, februari 1925. Van Ostaijen schreef die vanuit het sanatorium in Miavoye-Anthée. De brief bevat een vroege versie van 'Marc groet 's morgens de dingen'. Zijn stijl was al sterker geëvolueerd naar pure klankpoëzie. Emma Clément was sinds 1923 getrouwd met de Duitse fysicus Peter Pringsheim, maar voor Van Ostaijen bleef ze de liefde van zijn leven.


Paul van Ostaijen schreef 'Circulaire voor avontuur' voor het tijdschrift Avontuur waarvan hij in de redactie zat. Het tijdschrift werd opgericht toen hij in Miavoye-Anthée verbleef. Met dit tijdschrift wilden Van Ostaijen en de overige leden van de redactie een vrij en open literair blad creëren waarin verschillende stromingen en vormen van literatuur naast elkaar gepubliceerd konden worden. Het vroegtijdige overlijden van Van Ostaijen betekende het einde van het tijdschrift.


Gedicht 'Boerecharleston' van Paul van Ostaijen. Dit gedicht verscheen in het eerste volume van het tijdschrift Avontuur, in februari 1928. Van Ostaijen schreef aan het einde van zijn leven voornamelijk klankpoëzie, zoals ook 'Marc groet 's morgens de dingen'.


Foto van het graf van Van Ostaijen in Miavoye-Anthée. Paul van Ostaijen stierf op 18 maart 1928 aan de gevolgen van tuberculose.


In 1932 werd Van Ostaijen herbegraven op de stedelijke begraafplaats Schoonselhof in Antwerpen.


In 1952 kreeg het graf van Van Ostaijen een plaats op het ereperk van het Schoonselhof. Er werd voor die gelegenheid een grafmonument ontworpen en op zijn graf geplaatst.

Achtergrondinformatie
Na zijn breuk met Emma Clément keerde Van Ostaijen in 1921 terug naar Antwerpen. Zijn dichtbundel Bezette Stad was net verschenen. Bij zijn terugkeer verkreeg Van Ostaijen amnestie, waardoor hij zijn gevangenisstraf kon ontlopen. Hij moest echter wel zijn dienstplicht inhalen en werd tot 1922 in Duitsland gestationeerd. Na zijn dienstplicht werkte Van Ostaijen bij een drukker en later opende hij zijn eigen kunsthandel. Die moest hij echter al snel terug sluiten wegens een gebrek aan succes. Aan het einde van zijn leven leed hij aan tuberculose. Hij stierf in 1928 vereenzaamd in een sanatorium in een dorp in de provincie Namen.
Ook na Bezette Stad schreef Van Ostaijen nog verschillende gedichten. Hij evolueerde steeds meer naar een vorm van klankpoëzie. In tegenstelling tot in zijn Bezette Stad-periode geloofde Van Ostaijen aan het einde van zijn leven niet meer in geëngageerde kunst (=kunst met een maatschappelijke/politieke boodschap), maar in kunst om de kunst, kunst die op zichzelf staat.

