In een persoonlijke brief schreef Hendrik Conscience op 19 juni 1850 aan Carl B. Lorck, een van zijn Duitse uitgevers, hoe hij misleid en afgezet werd door een Duitse would-be-vertaler. De man wist hem in te pakken met verhalen over Consciences eclatante successen in Duitsland en daarbuiten, en verdween uiteindelijk met een som geld (en met de noorderzon). Conscience gaf toe dat hij soms wat te lichtgelovig was. Toen in 1851 het schotschrift op Conscience Eene episode der geschiedenis van Hendrik Draeijer, alias Kruisduit verscheen, stond uitgerekend dit verhaal over hoe de ijdele Conscinece in de luren werd gelegd centraal, uiteraard uitgesmeerd en aangedikt.