Ontdek hier alle uitzendingen van 'Vers geplakt' >>
Zot polleke
Paul van Ostaijen (1896-1928) is een van de bekendste Vlaamse dichters. ‘Zot polleke’, zoals zijn bijnaam luidde, maakte zijn middelbare school niet af: liever stortte hij zich in het Antwerpse nachtleven, waar hij kunstenaars en schrijvers ontmoette. Zelf begon hij gedichten te schrijven, terwijl hij voor zijn inkomsten een baantje had als klerk op het Antwerpse stadhuis.
Berlijn
Van Ostaijen sloot zich aan bij de activistische flaminganten, die tijdens de Eerste Wereldoorlog in de komst van de Duitsers kansen zagen om de positie van de Vlamingen in België te verbeteren. Aan het einde van de oorlog vertrok hij naar Berlijn om aan vervolging wegens activisme te ontkomen. Hij zou drie jaar in het woelige naoorlogse Berlijn blijven. Het leven was er moeilijk, onder meer omdat hij niet aan een baan geraakte. Het verblijf vormt artistiek gezien een belangrijke periode voor Van Ostaijen: hij kwam in contact met kunstenaars en schrijvers uit progressieve kunstkringen en schreef er een aantal belangrijke dichtbundels.
Tuberculose
In 1921 kwam hij terug naar België en werkte in een boekhandel, als kunsthandelaar en als uitgever van tijdschriften. Hij stierf in 1928 aan tuberculose, na de laatste jaren van zijn leven in verschillende sanatoria te hebben doorgebracht.
Typografische gedichten
Van Ostaijens dichtbundels, Music-Hall (1916), Het sienjaal (1918), Bezette stad (1921) en De feesten van angst en pijn (1928) zijn iconisch geworden. Zijn gedichten zijn modernistisch in de meest letterlijke zin van het woord, geïnspireerd door het expressionisme en het dadaïsme. Ze bevatten verwijzingen naar films, jazz en reclameslogans, en zijn ook tegenwoordig nog steeds bekend, ook vanwege hun baanbrekende typografie.
Paul van Ostaijen in het Letterenhuisarchief
Het Letterenhuis bewaart de grootste collectie archiefmateriaal van Paul van Ostaijen: verschillende versies van gedichten die inmiddels klassiek geworden zijn, maar ook bijvoorbeeld het kladhandschrift van De bankroet jazz (1921), dat als het oudste filmscenario in het Nederlands kan worden beschouwd.
In 2017 verwierf het Letterenhuis het manuscript van een onbekend toneelstuk van Van Ostaijen. Het is een onvolledig kladhandschrift met doorhalingen, verbeteringen en aanvullingen én tal van regieaanwijzingen. Net als in Van Ostaijens grotesken wordt ook in dit toneelstuk een loopje genomen met de logica.
Koninklijk Atheneum Antwerpen
Twintigste Landdag van Jong Vlaanderen, het Verbond der Vlaamsgezinde Studenten van het Middelbaar- en Normaalonderwijs, Kon. Atheneum Antwerpen, 11, 12 en 13 april 1914. Zittend derde van rechts: René Victor; vierde: Paul van Ostaijen