Henri Picard is geen onbelangrijke figuur binnen de Vlaamse Beweging; hij zou zich na de oorlog politiek engageren. Voor het in 1919 opgerichte Vlaams-nationalistische Het Vlaamsche Front (in de wandeling de Frontpartij) zetelde hij van 1921 tot 1932 in de Antwerpse gemeenteraad, was hij van 1921 tot 1925 volksvertegenwoordiger en van 1936 tot 1939 senator.Het Vlaamsche Front komt voort uit de frontbeweging die onder intellectuelen aan het IJzerfront was ontstaan en zich verzette tegen het Franstalige taalbeleid van het Belgische leger. Picard heeft zich binnen de Frontpartij altijd zeer gematigd opgesteld.
Als advocaat (hij studeerde rechten, eerst in Gent, later in Brussel) verdedigde Picard na de oorlog notoire activisten als Adiel Debeuckelaere, hoewel hij zich zelf altijd wars van activisme (en later tijdens de Tweede Wereldoorlog van collaboratie) betoond heeft.
Zijn broers Antoon en Leo Picard waren wel vurige activisten. Voor de oorlog was Henri Picard werkzaam in de Antwerpse afdeling van het Algemeen Nederlands Verbond (ANV) en het op haar initiatief opgerichte Vlaamsch Legerkomiteit, dat streefde naar de vernederlandsing van het Belgische leger.