Overslaan en naar de inhoud gaan

Archief van Frans M. Olbrechts

verwerkt archief

Het archief van Frans Maria Olbrechts, etnoloog-antropoloog en professor etnologie aan de universiteit van Gent werd recent volledig gesorteerd en omschreven en is nu door iedereen raadpleegbaar. Olbrechts was vooral belangrijk voor zijn studies over de Afrikaanse kunst.

Mechelaar Frans Maria Olbrechts (1899-1958) promoveerde in 1925 tot doctor in de Germaanse filologie met een proefschrift over Een oud Mechels bezweringsformulier. Het onderzoek had hem niet alleen in contact gebracht met de wereld van de volksgeneeskunst en de folklore, maar ook met niet-Europese etnologie. Met een studiebeurs trekt hij in 1925 naar de Verenigde Staten waar hij les kan volgen bij Franz Boas, de grondlegger van de Amerikaanse antropologie. Na zijn huwelijk in 1926 verricht hij veldwerk bij de Cherokee indianen, wat hem levenslange contacten oplevert.

Na zijn benoeming aan de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis in 1930 verlegde Olbrechts langzamerhand zijn interessegebied naar de kunst en cultuur van Afrika. Hij onderneemt verschillende studiereizen, publiceert veelvuldig en ontpopt zich tot een van de autoriteiten van de Afrikaanse kunst. In 1935 ruilde hij de Brusselse musea in voor de Rijksuniversiteit van Gent, waar hij de grondlegger is van het onderwijs in de etnologie en de “primitieve kunst”.  In 1937 is hij een van de drijvende krachten achter de tentoonstelling Kongokunst in de Antwerpse stadsfeestzaal in 1937. Van groot belang voor zijn reputatie is ook de zogenaamde ivoorkustexpeditie in 1938-1939, waar hij vergezeld wordt van zijn studenten Pieter Jan Vandenhoute en Albert Maesen. Zijn boek Plastiek van Kongo, dat in 1937 verscheen, mag beschouwd worden als zijn magnum opus. In 1947 tenslotte wordt Olbrechts benoemd tot directeur van het Museum van Belgisch-Congo, het huidige Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren.

Het archief van Frans Olbrechts, goed voor ruim 6 meter, werpt een licht op de verschillende periodes uit zijn rijke carrière. Zijn vele publicaties zijn goed gedocumenteerd met onderzoeksnota’s, diverse versies van de tekst, drukproeven en briefwisseling.

Aanzetten van sommige publicaties zijn ook te vinden in de vijf archiefdozen met cursusnota’s uit de periode 1932-1946. Ze geven een beeld van de inhoud van de opleidingen aan de Gentse Universiteit, de diverse facetten van de etnologie en antropologie die Olbrechts er zijn studenten meegaf en de bronnen die hij consulteerde voor zijn cursussen.

De briefwisseling met meer dan 200 personen uit België, diverse Europese landen en de Verenigde Staten brengt het indrukwekkende netwerk van Olbrechts in beeld. Daartussen zit briefwisseling met tientallen internationaal gerenommeerde etnologen en antropologen. Opvallend is ook hoe hij na zijn verblijf in de VS jarenlang bleef corresponderen met mensen die hij er ontmoet had, waaronder Clinton Rickard, de oprichter van de Indian Defense League.

Van groot belang voor onderzoekers zijn de documenten over de Ivoorkustexpeditie (1937-1938). Olbrechts hield tijdens die reis een uitgebreid dagboek bij en noteerde zorgvuldig welke stukken waar en wanneer aangekocht werden. Deze aantekeningen zijn van groot belang om een inzicht te krijgen in de verwerving van collectiestukken uit onder andere de verzamelingen van de Universiteit Gent en het MAS.

Tientallen foto’s en fotoalbums brengen het archief en de loopbaan van Olbrechts nog verder tot leven.

Naar het archief >

Meld je aan voor de nieuwsbrief